Er begint zich een hele industrie te ontwikkelen rond de massale komst van vluchtelingen. Het rijk stelt leegstaande panden, waaronder zeer fraaie, ter beschikking. Ondernemer Hennie van der Most heeft voor zijn waardeloze locatie in Oranje, een pretpark dat hij moest sluiten wegens steeds grotere verliezen, plotseling weer emplooi. Een geschenk van de hemel of beter gezegd van Den Haag. Een bewoner, tussen de velen die zich door het rijk gemanipuleerd voelen, merkt op: ‘liever vluchtelingen dan het gajes van pretparken’. Het zijn allemaal signalen van een regering die vrijwel out of control is, wanhopig op zoek naar geschikte locaties.